From 1 - 10 / 172
  • Een verzameling bestanden met verkeersintensiteiten van 2021 op het hoofdwegennet met uitsplitsing naar dagtypes en voertuig categorieën.

  • Waterplantenbedekking IJsselmeergebied. De waterplantenbedekking in het IJsselmeergebied wordt driejaarlijks gemonitord. Dat wil zeggen dat in een cyclus van drie jaar in elk deel van het gebied de waterplantenbedekking wordt geïnventariseerd: in 2016 in het Markermeer en IJmeer, in 2017 in het IJsselmeer, en in 2018 in de randmeren. Nb: het Veluwemeer is in 2018 niet gebiedsdekkend gekarteerd, maar op een beperkt aantal locaties.Voor elk jaar is er een dataset per gevonden waterplantensoort en een dataset met de totale bedekkingaanwezig. Deze datasets betreffen geinterpoleerde data. Daarnaast is er per jaar een dataset met de (punt)locaties van de veldwaarnemingen.In deze datasetsstaat informatie uit de jaren 2011 tot en met 2018. Globaal wordt de zone van 0-3 meter diepte gekarteerd. Zie de laag "Puntenkaart veldwaarnemingen" voor een weergave van de meetpunten. Let op! Waterplanten kunnen ook buiten de gekarteerde zone voorkomen.

  • In de Legger rijkswaterstaatswerken zijn vaarwegen, nevengeulen, kunstwerken, oevers en regionale waterkeringen beschreven. Sinds de invoering van de Waterwet is het verplicht om alle rijkswaterstaatswerken hierin op te nemen. De legger bestaat uit kaarten die de ligging, vorm, afmeting en constructie van deze objecten beschrijft. Dit wordt de 'normatieve' toestand genoemd. Het gaat dan bijvoorbeeld om de vereiste bodemdiepte van een kanaal of de minimale volumeberging van een nevengeul. Voor het aanpassen van de Legger is er een Leggerbesluit nodig. De eerste Legger rijkswaterstaatswerken is vastgesteld in 2012. In oktober 2014 is de Legger geactualiseerd. In 2022 werd de Legger rijkswaterstaatwerken opnieuw geactualiseerd, enkel binnen het rivierengebied. Uitgevoerde rivierverruimende- en KRW (kader richtlichtlijn water) -projecten in de uiterwaarden zijn daarbij in de legger opgenomen.

  • Bodemhoogtemodel van het IJsselmeergebied, bestaande uit een raster (100m x 100m). Bodemdiepte in centimeter t.o.v. gemiddeld laag water. Het model is berekend op basis van gedigitaliseerde gegevens vanaf een scan van De kaart van de Zuiderzee uit 1905 met opschrift: Amsterdam, Seyffaerdt?s boekhandel. Herzien 1905 door S. Mars, Filiaal Inrichting a.h. Kon. Ned. Meteorol. Instituut te Amsterdam. Tevens dienende tot opheldering van Bom?s gids voor de Zuiderzee. De kaart is voorzien van een stempel met de vermelding Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders. Afd. Oudheidk. Bodemonderzoek, Form C5, stamboeknr. 117756 ( waarbij het numer slecht leesbaar is). De scan is voorzien van georeferentie volgens Rijksdriehoekstelsel (RD) op basis van de op de oorspronkelijke kaart aanwezige co”rdinaat-kruisen. De oorspronkelijke analoge kaart is in bezit van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.

  • Deze dataset bevat de hectopunten van de wegen uit het Nationaal Wegen Bestand (NWB) op peildatum 01-01-2022 en geeft gedetailleerde informatie per hectopunt zoals hectometrering, afstand, zijde en hectoletter weer. Het NWB Wegen bestand is een digitaal geografisch bestand van alle wegen in Nederland. Opgenomen zijn alle wegen die worden beheerd door wegbeheerders als het Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen, echter alleen voor zover deze zijn voorzien van een straatnaam of nummer. Dus ook losliggende voet- en fietspaden en onverharde wegen zijn, indien voorzien van een straatnaam, in het NWB-Wegen opgenomen. Indien een weg gescheiden rijbanen heeft, wat vooral het geval is bij Rijkswegen, worden deze als aparte wegvakken in het bestand verwerkt. Het NWB Wegen bestand bestaat op dit moment uit meer dan 159.000 hectopunten en bijna 1,5 miljoen gedigitaliseerde wegvakken met een totale lengte van meer dan 190.000 kilometer (meting januari 2023). Het NWB Wegen bestand wordt maandelijks geactualiseerd. Meer informatie en nieuws over het NWB is te vinden op https://nationaalwegenbestand.nl/ Vertegenwoordigers van gemeenten, provincies, waterschappen en Rijkswaterstaat zijn gestart met het ontwerpen en organiseren van de samenwerking rondom het NWB. In het kader van deze doorontwikkeling van het NWB, komen wij graag in contact met u, de NWB gebruiker. Daarom vragen wij u een email te sturen met uw contactgegevens naar het volgende adres: nwb@rws.nl

  • Geluidswerende voorzieningen (GWV). Jaarlijks wordt een GWV bestand aangemaakt, dat de situatie op 31-12 van dat jaar beschrijft. Het GWV bestand bevat onder andere de volgende geluidswerende objecten: 1. Geluidwallen 2. Geluidschermen 3. Tunnelingangen 4. Verdiept liggende wegdelen. De gegevens in het GWV bestand bestaan uit: 1. Geometrie van het object 2. Beschrijvende kenmerken van het object die van belang zijn voor de geluidwerende functie 3. Fotos van het object. De aanleiding voor de wijzigingen in het GWV bestand zijn onder te verdelen in 3 categorieen: 1. Nieuwe geplaatse voorzieningen. 2. Wijzigingen als gevolg van het plaatsen van kleinere voorzieningen of uitbreiden van bestaande voorzieningen. 3. Wijzigingen als gevolg van het slopen van voorzieningen. Definitie geluidswerende voorzieningen (GWV): Een object is een geluidswerende voorziening indien het aan de volgende eisen voldoet: a. Het object wordt door Rijkswaterstaat beheerd. b. Het object moet bedoeld zijn om geluid, afkomstig van verkeer op de weg, te verminderen in het gebied dat vanaf de weg gezien achter het object ligt, in de meeste gevallen bebouwing of natuurgebied. c. Het object of een deel van het object moet zich binnen een strook van 50 meter van de dichtstbijzijnde kantstreep van 1 van de rijbanen bevinden . In de laatste situatie dient echter het gehele object te worden aangemerkt als GWV. d. Over een aaneengesloten deel van tenminste 30 meter lengte, gemeten parallel aan de dichtstbijzijnde kantstreep , moet de hoogte van het object tenminste 1,0 meter bedragen ten opzichte van het niveau ter plaatse van die kantstreep. Bij een object met een hoogte van tenminste 1,0 meter dat is neergezet om een geluidlek tegen te gaan, bijvoorbeeld bij een portaal langs de weg, is de eis dat het object tenminste 30 meter lang moet zijn niet van toepassing. e. Het object moet een tophoek hebben van minder dan 165 graden.

  • Bodemhoogtemodel van het IJsselmeergebied, bestaande uit een raster (100m x 100m). Bodemdiepte in centimeter t.o.v. NAP. Het model is berekend op basis van een scan van de kaart IJsselmeer e.o., Dieptekaart vervaardigd naar opmetingen van de Dienst der Zuiderzeewerken. De stempel op de kaart meldt: Directie van de Wieringermeer, Noordoostpolderwerken, archief Arch. Afd., Form C5, stamboeknr. 117082. Op deze kaart is de Wieringermeer ingepolderd en zijn Noordoostpolder en afsluitdijk ingetekend. De kaart is daarom waarschijnlijk van ca. 1935. De scan is voorzien van georeferentie volgens Rijksdriehoekstelsel op basis van de op de oorspronkelijke kaart aanwezige co”rdinaat-kruisen. De oorspronkelijke analoge kaart is in bezit van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.

  • Waterplantenbedekking IJsselmeergebied. De waterplantenbedekking in het IJsselmeergebied wordt driejaarlijks gemonitord. Dat wil zeggen dat in een cyclus van drie jaar in elk deel van het gebied de waterplantenbedekking wordt geïnventariseerd: in 2016 in het Markermeer en IJmeer, in 2017 in het IJsselmeer, en in 2018 in de randmeren. Nb: het Veluwemeer is in 2018 niet gebiedsdekkend gekarteerd, maar op een beperkt aantal locaties.Voor elk jaar is er een dataset per gevonden waterplantensoort en een dataset met de totale bedekkingaanwezig. Deze datasets betreffen geinterpoleerde data. Daarnaast is er per jaar een dataset met de (punt)locaties van de veldwaarnemingen.In deze datasetsstaat informatie uit de jaren 2011 tot en met 2018. Globaal wordt de zone van 0-3 meter diepte gekarteerd. Zie de laag "Puntenkaart veldwaarnemingen" voor een weergave van de meetpunten. Let op! Waterplanten kunnen ook buiten de gekarteerde zone voorkomen.

  • In de Legger rijkswaterstaatswerken zijn vaarwegen, nevengeulen, kunstwerken, oevers en regionale waterkeringen beschreven. Sinds de invoering van de Waterwet is het verplicht om alle rijkswaterstaatswerken hierin op te nemen. De legger bestaat uit kaarten die de ligging, vorm, afmeting en constructie van deze objecten beschrijft. Dit wordt de 'normatieve' toestand genoemd. Het gaat dan bijvoorbeeld om de vereiste bodemdiepte van een kanaal of de minimale volumeberging van een nevengeul. Voor het aanpassen van de Legger is er een Leggerbesluit nodig. De eerste Legger rijkswaterstaatswerken is vastgesteld in 2012. In oktober 2014 is de Legger geactualiseerd. In 2022 werd de Legger rijkswaterstaatwerken opnieuw geactualiseerd, enkel binnen het rivierengebied. Uitgevoerde rivierverruimende- en KRW (kader richtlichtlijn water) -projecten in de uiterwaarden zijn daarbij in de legger opgenomen.