From 1 - 10 / 48
  • Polygonen van gelijke diepte op (een groot deel van) de Noordzee. Deze ploygonen zijn gegenereerd uit de bathemetrie 2012

  • Blokindeling ten behoeve van wrakken

  • Richtlijn Stedelijk Afvalwater agglomeraties zoals gerapporteerd naar de Europese Commissie tbv EU rapportage Stedelijk Afvalwater 2020

  • De Rijksoverheid heeft windenergiegebieden aangewezen op de Noordzee: Borssele, Hollandse Kust (zuid, noord en west), IJmuiden Ver, Ten Noorden van de Waddeneilanden, Nederwiek, Lagelander en Doordewind. De windenergiegebieden zijn aangewezen (of herbevestigd) in het Programma Noordzee 2022-2027. Deze gebieden liggen, op een enkele uitzondering na, buiten de 12-mijlszone, minimaal 22 kilometer uit de kust. Alleen in deze windenergiegebieden mogen op grond van de Wet windenergie op zee kavels voor windparken worden uitgegeven. Op het moment dat een windpark in aanbouw of in gebruik is, wordt een veiligheidszone rond het te beschermen gebied ingesteld. Binnen die veiligheidszone geldt een toegangsverbod voor schepen, met een aantal uitzonderingen.

  • Richtlijn Stedelijk Afvalwater kwetsbaargebied zoals gerapporteerd naar de Europese Commissie tbv EU rapportage Stedelijk Afvalwater 2020

  • Richtlijn Stedelijk Afvalwater rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI's) zoals gerapporteerd naar de Europese Commissie tbv EU rapportage Stedelijk Afvalwater 2020

  • Restrictiegebieden waarin geen mijnbouw of windturbineparken activiteiten op het Nederlands Continentaal Plat plaats mogen vinden, zoals deze zijn opgenomen in de Mijnbouwregeling 2014. Gepubliceerd in Staatscourant nummer 4928, van 22 februari 2014. Regeling van de Minister van Economische Zaken van 13 februari 2014, nr. WJZ/13208613, tot wijziging van de Mijnbouwregeling. Bronvermelding: Ministerie van Infrastructuur en Milieu, aanspreekpunt Rijkswaterstaat Zee en Delta ETRS89, UTM zone 31 N

  • Overzicht van de vlieglijnen van de platen van de Waddenzee 2012. Verklaring van de attributen: VLIEGDATUM = datum van opname

  • Internationale bestuursgrenzen continentaal plat

  • Gebieden met Potentieel Significant Overstromingsrisico in Nederland typen A en B bevat een selectie van de aangewezen gebieden uit het rapport Overstromingsrisico’s in Nederland, 2018 die geclassificeerd zijn als A, B, C en gerepresenteerd als vlakken. Voorlopige overstromingsrisicobeoordeling en aanwijzing van gebieden met potentieel significant overstromingsrisico in het kader van de Europese Richtlijn Overstromingsrisico’s (ROR) 2e cyclus 2016 tot en met 2021. De gebieden zijn aangewezen op basis van de volgende uitgangspunten. Gebieden worden onderscheiden naar de vier afzonderlijke stroomgebiedsdistricten. Gebieden worden onderverdeeld naar de vier typen (A, B, C, D) overstromingen waarmee het verschil in bescherming tot uitdrukking komt, evenals de diversiteit in verantwoordelijkheden en rollen van betrokken overheden. De begrenzing van de gebieden wordt gebaseerd op uiterste grenzen van het potentieel overstroombaar gebied, zoals vastgesteld op basis van simulaties uit de landelijke database overstromingen. Voor de primaire waterkeringen is het gebied aangevuld tot de hoge gronden lijn. De rijkskanaaldijken maken deel uit van de aangewezen gebieden. In totaal worden er in Nederland 14 GPSOR onderscheiden. Gebieden van het Type D komen in het Eems en Schelde stroomgebied niet voor. Er zijn gebieden die zowel kunnen overstromen vanuit het hoofdwatersysteem (B) als het regionale watersysteem (C). Na publicatie is gebleken dat in de bestanden enkele fouten voorkomen. Voor gedetailleerde analyses naar de omvang van overstromingen wordt daarom verwezen naar de landelijke database overstromingen.