protocol

OGC:WFS

1017 record(s)
 
Type of resources
Available actions
Topics
Provided by
Years
Formats
Representation types
Update frequencies
status
online bronnen
Scale
Resolution
From 1 - 10 / 1017
  • Beheergebieden Rijkswaterstaat op grond van de Waterwet voor het thema drogere oevergebieden ingaande per 25-07-2023.

  • De dataset bevat de pijpleidingen binnen en buiten het NCP, behalve de leidingen op het Britse Continentaal Plat. Hieronder vallen de toekomstige, in gebruik zijnde en de verlaten pijpleidingen. Op pijpleidingen binnen het NCP worden actief beheerd.

  • Gedigitaliseerde dieptelijnen van de kaart van de Zuiderzee uit 1905 met opschrift: Amsterdam, Seyffaerdts boekhandel. Herzien 1905 door S. Mars, Filiaal Inrichting a.h. Kon. Ned. Meteorol. Instituut te Amsterdam. Tevens dienende tot opheldering van Boms gids voor de Zuiderzee. De kaart is voorzien van een stempel met de vermelding Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders. Afd. Oudheidk. Bodemonderzoek, Form C5, stamboeknr. 117756 (waarbij het numer slecht leesbaar is). De scan is voorzien van georeferentie volgens Rijksdriehoekstelsel (RD). De oorspronkelijke analoge kaart is in bezit van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Bodemdiepte in decimeter t.o.v. gemiddeld laag water.

  • Gedigitaliseerde dieptelijnen van de kaart IJsselmeer e.o., Dieptekaart vervaardigd naar opmetingen van de Dienst der Zuiderzeewerken. De stempel op de kaart meldt: Directie van de Wieringermeer, Noordoostpolderwerken, archief Arch. Afd., Form C5, stamboeknr. 117082. Op deze kaart is de Wieringermeer ingepolderd en zijn Noordoostpolder en afsluitdijk ingetekend. De kaart is daarom waarschijnlijk van ca. 1935. De scan is voorzien van georeferentie volgens Rijksdriehoekstelsel (NP). De oorspronkelijke analoge kaart is in bezit van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.Bodemdiepte in decimeter beneden NAP.

  • De doorgaande NAP -20 meter dieptelijn is een vereenvoudiging van de fysieke NAP -20 meter dieptelijn. De fysieke of werkelijke NAP -20 meter dieptelijn is erg grillig en kan onder invloed van zandtransport door stromingen en golven veranderen. Daarom is gekozen voor de doorgaande NAP -20 meter dieptelijn. Die is vastgelegd in coordinaten en verandert niet. De doorgaande NAP -20 meterlijn is voor Zeeland al in 1993 doorgevoerd in het 'Beleidsplan Voordelta', dat ook ondertekend is door LNV, en voor de rest van de kust in het 'Regionaal Ontgrondingenplan Noordzee' in 2004 en in de 'Nota Ruimte' in 2005/6. In de Nota Ruimte is daar de term 'zeewaartse begrenzing kustfundament' aan gehangen. De ligging van de doorgaande NAP -20 meter dieptelijn is in overleg tussen V&W, LNV en VROM tot stand gekomen en in coordinaten vastgelegd in het "geopakhuis' bij RWS Noordzee. De NAP -20 meter is niet willekeurig gekozen. In het Deltagebied en in het Waddengebied gaat op die diepte de onderzeese kusthelling over in de vlakkere zeebodem. Lokaal wordt dit wat gecompliceerd door ebdelta's en zandbanken, maar het is wel een goede keus als grens voor het kustsysteem. Daarnaast is op basis van de doorgaande NAP -20 meter dieptelijn op 2 km zeewaarts hiervan een lijn gedefinieerd ter begrenzing van de grootschalige zandwinning.