Geeft kwetsbaarheid weer van een deel van het hoofdwegennet (deel A20) voor zetting door lage grondwaterstanden

Mariene rapportage eenheid voor Nederland afkomstig uit Kaderrichtlijn Mariene Strategie mariene rapportage eenheden Nederland. Voor deze gebieden voert Nederland in het kader van de artikel 8, 9 en 10 van de KRM assessments uit.

De kaart toont de berekende drooglegging in meters onder het maaiveld. Drooglegging is een term uit het waterbeheer. Hiermee wordt het verschil tussen het waterpeil van het maaiveld en in de sloot bedoeld. De basiskaart drooglegging is opgesteld aan de hand van AHN4 en peilgegevens uit 2022 van de waterschappen. Hierbij is uitgegaan van: Drooglegging = AHN4 Maaiveld – Zomerpeil . De kaart is niet Nederland dekkend omdat drooglegging alleen relevant is voor het lagere, peilbeheerste deel van Nederland. De kaart is onderverdeeld in 7 klassen: van 0 meter tot meer dan 1.2 meter drooglegging. De kaart is onderdeel van: Water en bodem in de RO - Atlas van de Regio

De veendiktekaart toont de dikte van de veenlagen (in meters) in het gehele Holoceenpakket in Nederland. De kaart is gemaakt aan de hand van de bodemkaart, NL3D en GEOTOP (actuele versies van deze bronnen d.d. December 2024) in het Nationale Onderzoeksprogramma Broeikasgassen Veenweiden en t.b.v. actualisatie landelijke kartering bodemdaling in 2025. De kaart is onderdeel van: Water en bodem in de RO - Atlas van de Regio

De signaleringskaart waterbergingsgebieden diepe polders toont de 5 en 10 procent diepste delen van de polders waarbij bebouwde gebieden buiten beschouwing zijn gelaten. De kaart geeft hiermee een ruimtelijke duiding bij structurerende keuze 13 uit de Kamerbrief Water-Bodem-Sturend: “We reserveren de 5% tot 10% van diepe polders voor waterberging, bij voorkeur de diepste delen.” Het is nadrukkelijk geen ruimtelijke uitwerking van de structurerende keuze, de informatie kan gebruikt worden om mogelijke locaties voor waterberging in kaart te brengen op regionaal niveau. De kaart is opgesteld met gegevens van het digitaal terrein bestand (DTM) van de AHN4 (in 5x5m resolutie) en de peilgebieden van het Informatiemodel Water (IMWA). Daarnaast is de peilgebiedenkaart aangepast om de accumulatie van water aan de randen van stuwwallen te corrigeren. De locaties waar zich bebouwing bevindt zijn uit het bestand gefilterd. Let op: Voor het aanwijzen van waterbergingsgebieden spelen ook andere factoren en criteria een rol. Enkele voorbeelden van criteria waarmee de signaleringskaart voor waterberging kan worden gecombineerd zijn: • Nabijheid gemaal of watergang • Maximale hoeveelheid waterberging • Kansen voor natte natuur • Mogelijkheden tot extensiveren landbouw • Combinatie met zoetwaterbuffering (t.b.v. gebruik in zomerperiode) De kaart is onderdeel van: Water en bodem in de RO - Atlas van de Regio

De Kaderrichtlijn mariene strategie (KRM) verplicht lidstaten om hun zeeën schoner en gezonder te maken. Nederland heeft daarom voor het Nederlandse deel van de Noordzee een Mariene Strategie opgesteld, die om de zes jaar wordt geactualiseerd. Het KRM monitoringsprogramma (2014 en 2020) is een belangrijk onderdeel van deze strategie en geeft aan welke monitoring Nederland uitvoert om de milieutoestand te beoordelen. De monitoring wordt uitgevoerd in opdracht van IenW/RWS en LNV en omvat een heel skala aan chemische en biologische gegevens. Er wordt onderscheid gemaakt in actuele gegevens en een bevroren dataset. De actuele dataset wordt jaarlijks aangevuld met nieuw beschikbaar gekomen gegevens, terwijl de bevroren data zijn gekoppeld aan een specifiek rapportagejaar waarin verplichte toestandsbeoordelingen zijn uitgevoerd en aan de EU zijn gerapporteerd Meer data en achtergrondinformatie is beschikbaar via www.InformatiehuisMarien.nl

Geeft kwetsbaarheid weer van een deel van het hoofdwegennet (deel A2) voor zetting door lage grondwaterstanden

De signaleringskaart waterbergingsgebieden diepe polders toont de 5 en 10 procent diepste delen van de polders waarbij bebouwde gebieden buiten beschouwing zijn gelaten. De kaart geeft hiermee een ruimtelijke duiding bij structurerende keuze 13 uit de Kamerbrief Water-Bodem-Sturend: “We reserveren de 5% tot 10% van diepe polders voor waterberging, bij voorkeur de diepste delen.” Het is nadrukkelijk geen ruimtelijke uitwerking van de structurerende keuze, de informatie kan gebruikt worden om mogelijke locaties voor waterberging in kaart te brengen op regionaal niveau. De kaart is opgesteld met gegevens van het digitaal terrein bestand (DTM) van de AHN4 (in 5x5m resolutie) en de peilgebieden van het Informatiemodel Water (IMWA). Daarnaast is de peilgebiedenkaart aangepast om de accumulatie van water aan de randen van stuwwallen te corrigeren. De locaties waar zich bebouwing bevindt zijn uit het bestand gefilterd. Let op: Voor het aanwijzen van waterbergingsgebieden spelen ook andere factoren en criteria een rol. Enkele voorbeelden van criteria waarmee de signaleringskaart voor waterberging kan worden gecombineerd zijn: • Nabijheid gemaal of watergang • Maximale hoeveelheid waterberging • Kansen voor natte natuur • Mogelijkheden tot extensiveren landbouw • Combinatie met zoetwaterbuffering (t.b.v. gebruik in zomerperiode) De kaart is onderdeel van: Water en bodem in de RO - Atlas van de Regio

Geeft kwetsbaarheid weer van een deel van het hoofdwegennet (deel A4 voor zetting door lage grondwaterstanden